De Philips CD-i 205 was de eerste commercieel verkrijgbare CD-i speler en werd later het instapmodel. Net als andere CD-i apparaten, gebruikte het een besturingssysteem gebaseerd op een versie van het OS-9. Deze apparaten konden worden uitgerust met een digitale video-cartridge, hoewel dit afhankelijk was van het model, om de mogelijkheid te bieden om full-motion video af te spelen met behulp van MPEG-1 compressie.

Een van de belangrijkste kenmerken van de CD-i was de interactieve mogelijkheden, die gebruikers in staat stelden om interactief te leren en te spelen. Echter, ondanks deze innovatieve functies, slaagde de CD-i niet in het aantrekken van een breed publiek, voornamelijk vanwege de hoge kosten, beperkte selectie van kwalitatieve games en sterke concurrentie van andere spelconsoles zoals de Sony PlayStation en de Nintendo 64.

De CD-i 205, net als andere modellen, had een afstandsbediening die ook als gamecontroller fungeerde. Dit was een van de unieke aspecten van het apparaat, maar werd ook vaak bekritiseerd voor het gebrek aan ergonomie en precisie in vergelijking met traditionele gamecontrollers.